Maar ze was alles vergeten, behalve de ridderverhalen. Die kende ze de eerste keer al woord voor woord uit haar hoofd, omdat ze ze zo mooi vond.
'Wat krijgen we nou, prinses?' vroeg meneer de Vries. 'Vergeten? Al mijn mooie sprookjes en moppen? Dat zal niet gaan! U kunt niet zomaar alleen uit het hoofd leren wat u mooi vindt, prinses! Of bent u de drie belangrijkste export-producten van het Zuiden soms ook vergeten? Of hoeveel zeven keer twaalf is?'
'Eigenlijk wel,' mompelde Elaine verlegen.
'Ik niet, hoor!' riep Roderick. 'Zeven keer twaalf is vierentachtig, de drie belangrijkste export-producten van het Zuiden zijn kaas, wijn en godsdienst en het sprookje van de drie zonen van de Molenaar gaat zo: er was eens een molenaar en die had drie...'
'Jajaja, meneer Roodschild,' zei meneer de Vries, 'u weet het allemaal nog, heel knap, heel knap. Maar het gaat nu even om de prinses. Die moet haar lessen óók kennen. Let op, juffrouw Elaine, daar gaan we weer: De drie belangrijkste exportprodukten van het Zuiden...'
Elaine luisterde al niet meer. In haar gedachten was ze Godebrand de Glorieuze die vocht tegen Helsinoor de Griffioen. Hak, steek, snij - en een dode griffioen!
Ze keek uit het raam. Roderick zat ijverig te schrijven terwijl meneer de Vries uitlegde waaróm zeven keer twaalf vierentachtig was. Maar Elaine dacht aan Olfred de Ontsnapper, die dapper ontsnapte uit de Ivoren Toren van Gerhard de Geleerde. Niemand kon een ridder gevangen houden. Met zijn zwaard kon hij zich altijd bevrijden en op zijn paard kon hij overal naar toe. Een ridder hoefde nooit naar school als hij niet wilde!
'Ik wou dat ik een ridder was,' zuchtte ze hardop. Meneer de Vries keek haar medelijdend aan. 'Dat willen we allemaal wel,' zei hij.
'Ik niet,' mompelde Roderick.
maandag 22 februari 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten